Ko gaat terug naar de tijd van het Romeinse Rijk. Het jaar 0 bestaat eigenlijk niet. Onze jaartelling begint met het jaar 1 na Christus. In die tijd was de bloeitijd van het Romeinse Rijk.
Tweeduizend jaar geleden was het Romeinse Rijk op zijn hoogtepunt. Er was welvaart en vrede. In Rome woonden een miljoen mensen. Het volk werd rustig gehouden met 'brood en spelen'. Met de aanleg van kanalen voor drinkwater (bv. aquaducten) was er in de steden voldoende drinkwater. Door het warme en vochtige klimaat waren de oogsten goed. Met de goed georganiseerde handel werd het graan over grote afstanden naar Rome vervoerd.
Tussen 200 voor en 150 na Christus was het rond de Middellandse Zee warmer en vochtiger dan tegenwoordig. Het is opmerkelijk dat de Romeinen niets schrijven over de gletsjers in de Alpen.
Volgens de Zwitserse onderzoeker Christian Schlüchter lag de boomgrens in de Alpen in de Romeinse tijd tenminste 300 meter hoger dan tegenwoordig. Dit verklaart waarom Hannibal de Alpen met zijn olifanten kon oversteken. Vandaag zou je Hannibals reis niet meer kunnen maken.
In de derde eeuw veranderde het klimaat rond de Middellandse Zee. Het werd kouder en droger. Olijfbomen, graanakkers, wijnstokken en boomgaarden brachten slechte oogsten op. Er ontstonden hongersnoden. Pestepidemieën braken uit waarbij veel doden vielen.
In dezelfde tijd werd het ook veel droger op de Russische steppen. De Hunnen die er woonden leden honger en zij vluchtten naar Europa. Hun komst luidde de Grote Volksverhuizingen in en het einde van het West-Romeinse Rijk. Toch is het te simpel om alleen klimaatverandering als oorzaak te zien van de val van Rome. Het Oost-Romeinse Rijk bleef tot 1453 nog duizend jaar bestaan.
Om over na te denken
De opwarming van het klimaat wordt als nadelig gezien. Maar hoe was het klimaat tijdens de bloeitijd van het Romeinse Rijk?
Rare jongens, die Romeinen.